David Icke mag wederom Nederland niet in

DEN HAAG – Complotdenker David Icke die op 3 november 2022 de toegang tot het Schengengebied is ontzegd vanwege mogelijke dreiging van de openbare orde, mag nog steeds Nederland en andere Schengenlanden niet in. Dat volgt uit een uitspraak van de bestuursrechter in Den Haag. Icke had verzocht om een voorlopige voorziening zodat hij onder meer rond kerst Nederland kon bezoeken, maar de rechtbank wijst dit af. 

Ontzegging Schengengebied

Icke woont in het Verenigd Koninkrijk en werd op 3 november 2022 voor de duur van twee jaar de toegang tot het Schengengebied ontzegd. In een rechtszaak die daarop volgde, liet de rechtbank, zittingsplaats Haarlem, dit besluit in stand. Daarop is Icke in hoger beroep gegaan bij de Raad van State, de hoogste bestuursrechter. In februari 2025 staat de behandeling van dat hoger beroep gepland. Op 1 november 2024 heeft de Staat de beslissing om de man de toegang tot het Schengengebied te ontzeggen met twee jaar verlengd.

In deze procedure vraagt Icke een voorlopige voorziening te treffen zodat het besluit om het Schengengebied niet in te mogen wordt opgeschort. Hij vindt de verlenging voor twee jaar opnieuw een disproportionele schending van zijn fundamentele vrijheidsrechten. Het besluit is volgens hem in strijd met wet- en regelgeving. Ook dit jaar doorkruist de signalering de reisplannen van verzoeker, waaronder een bezoek tijdens de kerstdagen aan zijn schoonouders in Nederland, stelt hij. 

Oordeel rechter

De rechter stelt vast dat het besluit van de Staat om Icke tot het Schengengebied te ontzeggen, op dit moment voorligt bij de hoogste bestuursrechter. De behandeling moet nog plaatsvinden. Uit de uitspraak van de meervoudige kamer in Haarlem blijkt in ieder geval dat het eerdere besluit van de Staat niet duidelijk onrechtmatig is, zo oordeelt de rechter. Omdat de omstandigheden verder niet zijn gewijzigd, is ook de verlenging met 2 jaar niet duidelijk onrechtmatig. De rechter oordeelt dat deze procedure om een voorlopige voorziening zich niet leent voor een verdergaand oordeel over de rechtmatigheid van het besluit van de Staat.

De rechter weegt de belangen van Icke en van de Staat tegenover elkaar af. Het belang van Icke is om – al voordat de bodemprocedure is afgerond – naar Nederland en de overige Schengenlanden te kunnen reizen en met name om rond de kerstdagen zijn schoonouders te kunnen bezoeken. Tegenover dit belang staat het belang van de Staat bij het voorkomen van mogelijke dreigingen voor de openbare orde. De rechter oordeelt dat het belang van Icke onvoldoende zwaarwegend is. Hij kan namelijk ook contact onderhouden met zijn schoonouders op een andere wijze en zijn schoonouders kunnen ook naar Verenigd Koninkrijk komen.

De rechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.

Lees hier de hele uitspraak

Geef een reactie